vrijdag 30 oktober 2015


STADSBOERDERIJEN BINNEN VESTING NAARDEN

In 1945 inventariseerde de overheid het vee dat nog aanwezig was. Binnen de vesting waren volgens deze inventarisatie de volgende boeren (waaronder erfgooiers en niet-erfgooiers) met boerderijen :

Niet vermeld zijn enkele boerderijen, die in 1945 zonder vee waren als gevolg van de splitsing boerderij/zuivelhandel.
Enkele van deze lege boerderijen waren:
18 Gooijer de,   W.H. Jzn.  St. Vitusstr.    19

19 Gooijer de,   Bertha H dr.  Raadhuisstr.    

20 Krijnen,      H.     St. Vitusstr.    15

Overigens waren tussen de jaren twintig en veertig al enkele  boerderijen verdwenen:
21  Gooijer de,   J. Wzn.    St. Vitusstr.   36  [afgebroken  ca. 1938]
22  Keijer,       A.    St. Vitusstr.  69 [verbrand  in 1940] 
23  Krijnen,      J. Jzn.     Beierd          15  [na brand  afgebroken in 1929]
24 Krijnen,      T. Hzn. Raadhuisstr.    [afgebroken  ca. 1920]
25 Schouten,     L.J.L.      Bussummerstr. 44  [afgebroken  na 1945]


(De boerderij van Aart (de Koet) Keijer aan de Vitusstraat/Westwal  verbrandde in 1940 als gevolg van onvoorzichtigheid met vuur. De Koet verhuisde toen naar de boerderij, waar voorheen de gebroeders Bakker hun bedrijf hadden.)  Een brandende vestingboerderij kon een heel huizenblok in de brand steken. 
Er waren eeuwenlang veel boerderijen in de vesting. Tijdens belegeringen bleek dat voor de belegerden een voordeel. De Franse bezetters van 1672 en 1813 aten tijdens de belegering het vee op en het veevoer diende voor de legerpaarden. Ieder leger had dus profijt van de vestingboeren.


___________________________________________________-
HISTORIE VAN HET GOOI, GOOIERS EN ERFGOOIERS